Evert Cuijpers

Academisch ziekenhuis. Dag drie. Er is flink versierd met kerstbomen, guirlandes en kerststallen in vele soorten en maten. Ik druk op cappuccino, extra sterk zonder suiker. Rechts van mij zijn een vader en zijn zoon verwikkeld in een potje tafeltennis. Erg vloeiend gaat het niet. Alhoewel het jongetje in zijn rolstoel behendiger manoeuvreert dan zijn toch wel corpulente ouweheer, lijken al die infusen in armen en handen hem behoorlijk in de weg te zitten. Op een soort van podium in het midden van de hal zitten een jonge vrouw en een meisje. Ze kijken op een telefoon en praten zachtjes met elkaar. Verder is er niemand in de enorme speelruimte; ook hier is het weekend. Ik pak de volle beker uit het apparaat en als ik wegloop, komt de kleine meid mijn kant op en houdt triomfantelijk de telefoon omhoog. Ik zie een prachtige foto van een evenzo prachtig meisje. De foto moet in de zomer zijn genomen; ze draagt een kort rood jurkje en in haar enorme haarbos pronkt een grote strik in dezelfde kleur. Ik kijk van de foto naar het meisje en probeer niets te laten blijken. De vrouw roept haar bij zich, maar ik gebaar dat het goed is en vraag hoe ze heet. Zij, en ook de vrouw die haar moeder is en zich bij ons voegt, vertellen me vervolgens veel meer dan alleen haar naam. Een kleurrijk verhaal met veel donkere tinten.

Met mijn inmiddels afgekoelde cappuccino neem ik behoorlijk verward plaats op de stoel langs het bed waar blijkt dat onze jongste bezoek heeft gehad van Klaas Vaak. Over enkele dagen mag hij naar huis; volop reden dus om weer te dromen en ik heb het vermoeden dat zijn keepershandschoenen er een hoofdrol in spelen. Ik besluit nog wat mailtjes weg te tikken en vind zelfs nog energie om de voorlopige jaarcijfers te evalueren. De verhalen achter de programmacijfers zijn er van bloed, zweet en tranen. De optelling onder de streep stemt gelukkig tot tevredenheid en het geprognotiseerde eindresultaat, we moeten immers nog twee weken, verdient een denkbeeldige strik die ik echter besluit te bewaren voor Kerst 2020. Ik sluit mijn ogen en spreek stilletjes de wens uit dat de stoere lieve meid die ik eerder deze avond ontmoette dan thuis de kerstdagen mag doorbrengen. Samen met het gezin en dat ze dan ook weer mag dromen over later. Dat ze haar haren dan weer terug heeft, wie weet wel net zoveel en mooi als op die foto van afgelopen zomer die ik op de telefoon van haar moeder zag. Wat zou Kerst 2020 mooi zijn als daar dan weer een rode strik in kan.

Evert Cuijpers. Omroepdirecteur in Venlo en Horst aan de Maas. Schrijft soms dingen.

evertcuijpers.com

twitter.com/evertcuijpers

5 gedachten over “Evert Cuijpers”

  1. Kippenvel, ouwe!
    Wat heb je dit stuk fraai opgebouwd en fijn geschreven.
    Je grijpt me en laat me niet meer los. Chapeau, vriend.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven