Paul Clappers

Mijn opa kende ik mijn hele leven en hij kende mij dertig jaar van de 93 jaar dat hij heeft geleefd. Hij is dit jaar overleden. Mijn trieste conclusie is, dat ik dit jaar pas voor het eerst een écht gesprek met hem heb gevoerd.

‘Heer, neem deze zondaar tot U.’ ‘O Heer, ik ben niet waardig dat ik tot U kom!’ ‘O help mij, ik ben zo ziek.’

Zo begint ons laatste gesprek. IJlend van de pijn en ouderdom ligt hij daar op de bank onder een deken. De bank staat in een kleine aanleunwoning in een dorpje in de punt van de Biblebelt. Het is lekker weer. Ik ben er eigenlijk al te lang niet meer geweest. De ooit zo sterke en indrukwekkende man is er dan eigenlijk al niet meer. Een gesprek is het dan ook nog niet te noemen.

Het is moeilijk om hem zo te zien. Mijn oma lag er ook zo bij de laatste keer dat ik haar zag. Dat is geen prettige herinnering aan de vrouw aan wie ik vele goede herinneringen heb. Dat wilde ik bij mijn opa voorkomen. Te laat, denk ik als we binnenkomen.

We gaan zitten en drinken wat. Mijn moeder huilt zachtjes. Uit ongemakkelijkheid pak ik een fotoboek uit de kast. Het zijn van die prachtige ouderwetse foto’s van een verjaardag of receptie. Ooms en tantes zijn vaag te herkennen. Mijn moeder wijst ze aan. ‘Oh Heer, neem deze zondaar toch tot U!’

Ergens halverwege het fotoalbum slaat de stemming van opa om. Het fotoboek roept vervlogen tijden bij hem op. Hij wordt helderder, gaat rechtop zitten en begint te vertellen.

Het volgende fotoboek gaat over zijn grote reis naar Amerika. Het mannenkoor waar hij zijn hele leven in heeft gezongen is uitgenodigd voor een aantal optredens bij de Nederlandse gemeenschappen in de VS.

In zijn hoekige handschrift is alles nauwkeurig opgeschreven. Wie ze hebben ontmoet, wat alles precies kostte en dat de koffie gratis werd bijgeschonken. Vol plezier vertelt hij over de mensen die hij heeft ontmoet. Namen van mensen die hij één keer heeft gezien, dreunt hij zo op. Als een ware poldercowboy staat hij met een grote hoed op de foto. Het wordt zowaar gezellig in het benauwde kamertje.

Jonge jenever, daar heeft hij wel zin in. Ik neem er ook één, m’n eerste. Dat smaakt nog best goed. Hij geniet er zichtbaar van. Ik ook.

We gaan verder in het boek over Amerika. Zelf vertrekken wij over enkele weken naar New York. ‘Prachtig, die stad! Alles zo precies gebouwd langs de lijnen.’ Meer dan het profiel van de stad heeft hij niet gezien tijdens de korte tussenstop.

Kort daarna vertrekken we weer. Maar het moment blijft de maanden daarna in mijn hoofd hangen. Mooi was het. Maar ook treurig. Treurig dat ik dit niet eerder had gedaan. Doe ik dat met anderen om mij heen wel? Een echt gesprek voeren? Te weinig denk ik.

Een echt goed voornemen, voor 2016 en ver daarna.


Ik ben Paul Clappers en sinds februari werk ik bij PR bureau Funke in Arnhem. Daar woon ik ook met veel plezier samen met mijn vriendin Brenda. Meer over mij bij de Mijnmomenten van 2011, 2012 en 2013.

6 gedachten over “Paul Clappers”

  1. Avatar foto
    Caroline Berkhof

    Mooi moment Paul. Mooi voornemen ook. Eentje dat navolging verdient.
    Weet zeker dat het voor je opa – en je moeder – veel betekend heeft.

  2. Paul, veel meer mensen zouden -en dan veel eerder dan nu vaak het geval is- moeten beseffen hoe goed en belangrijk dit is. Hoeveel voldoening en van elkaar genieten en van elkaar leren dit geeft. En vooral ook te merken hoeveel je eigenlijk om elkaar geeft.
    Goed, dat je dit hebt beschreven.

    Zonder je verhaal eerder gezien te hebben had ik besloten iets dergelijks te doen naar mijn kinderen en kleinkinderen. (Naar ouders en grootouders gaat gewoon niet meer). Ben door jouw verhaal er alleen maar in gesterkt dat te gaan doen.

  3. Zo herkenbaar en ook mijn voornemen., zeker nu ik gemerkt heb dat alles ineens in je leven kan kantelen. Laten we met de mensen die ons dierbaar zijn in gesprek gaan, de tijd glipt door je vingers en voor je het weet is het te laat.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven