Peter Wybenga

Het eerste afscheid was op 1 oktober 2018.

En er volgde nog één, eigenlijk heel onverwacht. Tijdens het Hemelvaartweekend van 2019.

Hij had zijn naam te danken aan zijn werk, nou ja, aan het af en toe inschenken van benzine bij de voormalige garage naast onze stamkroeg, café Oosterling. Een schitterende naam, Ruud Garage. Het zou nog jaren duren eer ik achter zijn werkelijke naam kwam.

Een handige jongen was hij, dat wist niet iedereen. Heel handig. Kon verbouwen als de beste, maar dan wel alleen bij zichzelf thuis. Hij bleek ook best technisch onderlegd, maar ook dat werd alleen thuis zichtbaar via de camper en verschillende bootjes.  Anders gezegd, wij hebben er verdomd weinig van gemerkt  toen we bij de Duitse grens met panne stonden en Ruud Garage vol verbazing onder de motorkap keek … sjonge wat lagen daar een hoop ingewikkelde dingen, die bij elkaar een motor heten.

Tegelijkertijd was hij iemand die – tot ons grote plezier – allerlei ándere gemotoriseerde machines moeiteloos aan de gang kreeg. “Die krijg je waarschijnlijk niet aan de praat, Garage” was voldoende motivatie om hem die apparaten op enigerlei wijze aan te laten slingeren. Van tractoren en draglines op Vlieland tot een ouwe legertruck in Enkhuizen, die – toen we er een stukje mee gingen rijden na ons bezoek aan het jazzfestival aldaar – tot de nok gevuld bleek met muziekinstrumenten. Ik zie die muzikanten nog achter ons aanhollen …

Het aan de praat krijgen van rare machines heeft Garage vrijwel tot het laatst toe volgehouden. Wij gingen wandelen tijdens een bijzonder fraaie sneeuwstorm in het Amsterdamse Bos, onze eerste ontmoeting na het verschrikkelijke bericht over zijn diagnose. Voordat we het op een drinken gingen zetten aan de Amstelveenseweg kwamen we langs een enorme machine, een soort hoogwerker met de naam Genie, met levensgevaarlijke rupsbanden. “Die krijg je waarschijnlijk niet aan de praat, Garage!” Een paar tellen later zette de helse machine zich in beweging en de rest van de Wandelclub maakte zich wijselijk uit de voeten om op gepaste afstand te kunnen bekijken wat voor ongelukken zouden gebeuren. Die bleven natuurlijk uit, want Garage wist wat hij deed. Nou ja, daar leek het in ieder geval op.

Zijn laatste dag in het Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis. Het was een prachtige, zonnige dag. We zijn toen naar het dak gegaan van het ziekenhuis. Hij genoot enorm van de zon op zijn kale knarretje en van het inademen van frisse lucht. Vóór ons stond een enorme installatie waarmee glazenwassers zich in een bakkie langs de gevels kunnen verplaatsen.

“Die krijg je waarschijnlijk niet aan de praat, Garage!”. Ruud wist zeker van wel. Zonder enig probleem. Als hij op dat moment zijn bed uit had kunnen komen, had ‘ie me voor zeker mijn ongelijk bewezen.

Slechts een paar dagen later was Ruud dood. We hebben zijn kist op een prachtige boot gelegd en zijn zo met hem vanuit de Zaanstreek naar zijn geboorteplaats Amsterdam gevaren. Om vervolgens op een prachtige en gepaste manier afscheid te mogen nemen in ‘ons’ café Oosterling.

Peter.Wybenga.fotobijverhaal

In het weekend dat Ruud stierf, zouden we met z’n vieren eigenlijk de originele Marathon van Athene gelopen hebben. De inmiddels gemankeerde Inzake Wandelclub besloot die wandeling alsnog te gaan maken, tijdens het Hemelvaartweekend. Ruud’s lieve weduwe Petra heeft geen moment getwijfeld en gaf de urn met Ruud’s overblijfselen aan ons mee. En aldus konden we met z’n vieren naar Athene gaan en hebben we alsnog met z’n vieren de Marathon gelopen. Hoewel Ruud iets eerder moest afhaken; we hebben hem onderweg, bovenop de mooiste berg tussen enkele eenzame bomen, achtergelaten.

Alles bij elkaar zo’n 35 jaar vriendschap. Het is niet niks.

 Peter Wybenga Inzake Wandelclub 1

2 gedachten over “Peter Wybenga”

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven