Evelyne Hermans

De avond ervoor fantaseer ik erover. Ik stel me voor hoe een joviale-maar-zakelijke man in pak mijn hand schudt. Hoe hij koffie voor me inschenkt en enthousiast knikt als ik hem vertel over mijn plannen. Hoe ik met een zwierige beweging mijn handtekening zet en met een stralende glimlach het pand verlaat.

In werkelijkheid moet ik die ochtend in februari 2014 een nummertje trekken

Ik mag zelf plastic koffie pakken uit een automaat en moet plaatsnemen aan een grote lege wachttafel. Bij iedere zoemer verschijnt het volgende nummer op een display.

Alles hier is opdringerig blauw-met-geel, het lijkt verdorie het decor van Bananasplit wel. Als ik aan de beurt ben verschijnt er aan de andere kant van de tafel een vermoeid uitziende oudere dame. Ze kijkt me aan en trekt haar wenkbrauwen op. Ter begroeting, denk ik, dus ik lach naar haar. Ze lacht niet terug.

Snel loop ik achter haar aan naar een met twee schermen afgebakende hoek. Geen deur, geen muren. Alleen een kaal bureau, een pc en twee versleten stoelen. Het ziet eruit als een tijdelijke oplossing, een pop-up office. Het enige levende wezen is een bruine ficus. De vrouw neemt zuchtend een slok uit haar blauw-met-gele koffiemok.

De situatie is nog treuriger dan toen R. en ik gingen trouwen

Dat was ook: hup, kamertje in, krabbel zetten, kamertje uit. Maar toen waren er tenminste nog twee feestelijk gestemde getuigen bij. Mijn ouders. Ze hadden twee uur in hun ‘goeie goed’ in de auto gezeten, en deden er bij Burgerzaken langer over om zichzelf weer uit hun stoelen omhoog te hijsen dan dat R. en ik nodig hadden om onze wettelijke verbintenis er doorheen te jassen.

“Zo,” zucht de vrouw, “dus u komt uw eenmanszaak inschrijven.”

“Ja!” zeg ik. Blijkbaar toch iets te opgetogen, want de vrouw perst er een moeizaam glimlachje uit dat het midden houdt tussen vertedering en medelijden.

Ik zie haar denken: weer zo’n enthousiaste starter

Het arme kind weet niet waar ze aan begint.

Tijdens het gesprek dat volgt typt ze regelmatig wat woorden in, die ze dan weer wist. Ze zucht heel vaak. Ze schudt haar hoofd. Ze vraagt me dingen over haar pc die ik ook niet weet (“Waarom pakt ‘ie dat woord nou niet?”). Ze vraagt me zelfs of ik mensen ken die eenzelfde soort bedrijfje hebben als ik, omdat ze dan even kan spieken in welke categorie ‘Blogtrainer’ valt.

Het is dat Ralph Inbar dood is, anders zou hij nú achter die dooie ficus vandaan springen

Terwijl de dame met haar software stoeit, kijk ik door het bevlekte raam naar buiten. Er vliegt een klein, wit vlindertje voorbij. Als ik bijgelovig was, zou ik denken dat alles erop wijst dat dit een slecht plan is.

Gelukkig ben ik dat niet.


Ik ben Evelyne Hermans en ik ben schrijver. Ik leer ondernemers bloggen zonder marketing-blabla, in persoonlijke, eerlijke en lekker leesbare taal. Dat doe ik naast mijn werk als contentredacteur bij de Universiteit Utrecht en tijdens mijn leven met Ruud (38), Lynn (4) en Oscar (2). evelynehermans.nl

5 gedachten over “Evelyne Hermans”

  1. Prachtig verhaal 🙂 ik had gelukkig wel een aardige vent, meewerkende computers en een redelijk nieuw ingericht kantoor maar gelukkig hangt het succes daar niet van af. Heel veel succes met je nieuwe onderneming.

    Ik hoop dat je het lekker druk krijgt en we zo weer lekker veel oprechte, eerlijke en daardoor waardevolle verhalen krijgen. Ze zijn hard nodig.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven