Jan Dijkgraaf

Jan Dijkgraaf, auteur, columnist, praatjesmaker

Maandag 29 augustus 2011. Tien over twee in de ochtend. In de parkeergarage van het Videocentrum van de NOS op het Mediapark in Hilversum geef ik Jan Roos een stevige handdruk en een klap op zijn rechterschouder. “Snel een keer eten, JON!”, zegt Jan. “Doen we”, zeg ik.

We weten dan allebei dat het er niet van zal komen.

Zo gaan die dingen.

No hard feelings.

Ik beschik over voorspellende gaven (geen grap!). Zo had ik op weddenschappen rond het radioprogramma Echte Jannen, dat ik op 29 augustus voor het laatste presenteerde met Jan Roos, kunnen binnenlopen als Ladbrokes het in de weddenschappen had opgenomen.

Ik voorspelde toen we amper zeven weken bezig waren, op 21 september 2010, dat ik er na mijn jaarcontract als freelancer bij PowNed uitgeflikkerd zou worden. Ik voorspelde dat het middagprogramma, dat PowNed zogenaamd in plaats van ons nachtprogramma op Radio 1 wilde hebben, er nooit zou komen. Ik voorspelde dat het nachtprogramma na mijn vertrek gewoon zou doorgaan, op hetzelfde timeslot. Ik voorspelde dat het format (“Een kutprogramma”, zoals de omroepdirecteur het rond de vórige Kerst noemde) nauwelijks gewijzigd zou worden. Ik voorspelde zelfs dat een andere Jan (Heemskerk, van de Playboy) mijn plek zou overnemen. En tenslotte voorspelde ik dat Echte Jannen ook Echte Jannen zou blijven heten.

Allemaal uitgekomen.

Het voordeel van die voorspellende gaven: je wordt niet meer verrast, ook niet door onfatsoen. Het voordeel van niet meer verrast worden: emoties zijn al lang verwerkt als de bijl valt. En zakelijk: je hebt ervoor gezorgd dat je de inkomensval (70.000 euro op jaarbasis) is gecompenseerd voor ie optreedt.

De vrijdag na die laatste echte Echte Jannen zat ik in Amsterdam aan de koffie met een omroepbaas. Die bood me op de donderdagavond, uurtje of tien, een uur radio aan. Een mix van studiogasten van naam, net als bij Echte Jannen, en muziek.

Ik had drie redenen om ‘ja’ te zeggen. De eerste: wraakzucht. De tweede: radio was verslavend leuk. De derde: geld. Ik had één reden om ‘nee’ te zeggen: zo leuk als samen met Jan Roos zou het niet meer worden. Toch zei ik ‘ja’.

De weken verstreken. Er waren andere projecten voor radio in de plaats gekomen. Naast tikken voor Spits en Men’s Health, coachen van redactionele talenten, begeleiden van restylingsprojecten zoals voor TVM en het schrijven van mijn eigen boeken: de schrijfmeisjes. Marianne Zwagerman onderbreken bij ‘Een webshop is geen carrière’. Met Marina van der Wal het ultieme puber-opvoedboek tikken. En een briefwisseling ‘De Zweefteef en de Hufter’ met Annemarie Postma. En ik ontdekte: ik miste het maken van radio helemaal niet, ik had het geld niet nodig, dus éigenlijk had ik nog maar één reden om het wel te doen: wraakzucht. Even aan PowNed bewijzen dat ik het in mijn eentje ook wel kon, met betere gasten dan wat tegenwoordig in Echte Jannen II zat.

Mijn hoogtepunt van 2011: dat ik de omroepbaas belde om hem te bedanken voor het vertrouwen en alsnog bedankte voor de eer.

Wéér een stapje verder in mijn ontwikkeling tot wijze, oude man. Een dag per week iets doen om een middelvinger te kunnen opsteken naar een vijandje… Daar is het leven echt te kort voor.

JanDijkgraaf zittend 980

5 gedachten over “Jan Dijkgraaf”

  1. Mooi stukkie, Jan. Mooie wijze les ook. Echte Jannen is geen Echte Jannen zonder de enige echte Jan Dijkgraaf. Good luck in 2012. Etentje doen? 😉

  2. Ik vind dit een zeer herkenbare column met een wijze conclusie, die mij aan het denken zet. Dankjewel, Jan. Veel genoegen in 2012!

  3. Ik vind dit een zeer herkenbare column met een wijze conclusie, die mij aan het denken zet. Dankjewel, Jan. Veel genoegen in 2012!

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven